Op naar Noorwegen

Op de camping in Hirtshals staan we op tijd op (half 7), want we willen op tijd bij de boot zijn. We pakken vlot onze spulletjes in. Thijs vindt het heel erg spannend, dus het kost wat moeite om op weg te gaan. Het is nog geen 10 minuten rijden naar de haven, en we zijn lekker op tijd. Het is allemaal goed geregeld en als Thijs de boot aan ziet komen begint hij enthousiast te worden. We zoeken op internet wat op over de boot en hij is 170 meter lang en 27 meter breed, dat is een joekel! We rijden er als 1 van de eersten in en zoeken een leuk plekje om te zitten. Het waait best wel hard en als we eenmaal op volle zee varen, voel je het best wel schommelen. We kopen wat souvenirtjes en gaan een potje kaarten. Maar dan begin ik me niet goed te voelen, dus ogen op de horizon en wachten tot we weer aan wal zijn. Peter gaat ondertussen met Thijs op het dek kijken, dat is wel leuk en het waait er super hard. Ik begin me inmiddels beroerder te voelen. Peter koopt iets om te lunchen en Thijs eet mee, om een half uur later zich niet goed te voelen en alles eruit te gooien. Helaas grotendeels naast het kotszakje, over zijn kleren heen en Peter is ook een beetje geraakt. Ik probeer een beetje te helpen, maar die lucht helpt mij ook niet. Thijs is het gelukkig kwijt en koopt samen met Peter een nieuwe broek, zodat hij weer wat schoons aan kan doen. Ik moet uiteindelijk ook naar de wc waar ik kokhalzend boven hang. De 4 uur varen zijn wat mij betreft 3,5 uur te lang en Thijs wil nooit nooit nooit nooit … nooit meer op een boot. Maar rond 14u zijn we eindelijk in Noorwegen. Na wat file om uit de haven te komen gaan we op weg. Je zou denken dat het daar druk is, maar 2 rotondes verder is het heerlijk rustig. We rijden rustig met een kleine tussenstop om te lunchen, want op de boot ging dat niet zo, richting een stopplek op ongeveer een uur van Kristiansand. Met Park4Night vinden we een prachtig plekje aan een onverharde weg bij een rivier net voorbij Evje. We staan er naast een Tsjechisch gezin en Thijs speelt heel lief met hun dochtertje Anieszka van 3,5 jaar.

Peter spoelt de vieze kleren af in de kraakheldere en ijskoude rivier en ik was ze vervolgens uit. Ik beleef vooral veel plezier aan het mooie uitzicht en het plukken van bosbessen, wat is dat toch een heerlijk rustgevende bezigheid. Het avontuur op de boot heeft flink wat energie gekost en ik kan niet wachten totdat ik naar bed kan. Rond 20 uur liggen zowel Thijs als ik erin en we slapen allebei om 21 uur. Omdat het ‘s avonds goed afkoelt slapen we heerlijk. De volgende ochtend staan we lekker op ons gemakje op en gaan pas in de loop van de ochtend weer op weg. We rijden door het prachtige landschap met rotsen, bergen, rivieren en mooie weidse uitzichten. Tegen lunchtijd stoppen we op een plek waar je naar een waterval kan lopen, maar dit blijkt iets verder dan we dachten dus we draaien op tijd om, zodat we kunnen lunchen. Na de lunch hebben we onderweg nog een stopplek om de wc te legen en we vinden vervolgens weer een mooi plekje in de natuur om te wildkamperen. Het is al behoorlijk afgekoeld en we eten lekker in camper. Ook hier slapen we weer heerlijk met nachtelijke temperaturen van rond de 8 graden. Thijs is bijna niet wakker te krijgen, de slaapkop.

De gletsjer bij Buer

Op donderdag 20 juli gaan we rond half 10 weer op weg. Omdat we steeds hoger komen begint het langschap te veranderen. We zien de eerste sneeuw hoog in bergen, en enorm veel watervallen. Na een tijdje wordt het landschap kaler en zien we steeds meer sneeuw, de rivieren zijn hier erg wild en prachtig om te zien hoe het water wit bruisend een weg vindt tussen de rotsen. We vinden een prachtige plek om te lunchen bij een meer op een soort van schiereiland.

Het is lekker koud, rond de 10 graden. Al dat wilde water, de sneeuw en weidse uitzichten zijn ongelofelijk indrukwekkend. Na weer een korte rit komen we in Haukeli waar we bij de Esso de wc weer kunnen legen. Hierna is het nog een kleine 2 uur rijden naar Buer. Ook deze rit is indrukwekkend, we komen enorme watervallen tegen en rijden in haarspeldbochten en via tunnels door de bergen. We merken wel dat het hier wat drukker is en we zien genoeg campers rijden. Bij Odda twijfelen we nog even of we naar de camping willen gaan, maar besluiten toch naar Buer te rijden. Het is een spannend weggetje waar we natuurlijk bijna op het einde op een smal stuk een andere camper tegenkomen. Omdat wij al verschillende auto’s achter ons hebben moeten zij achteruit en manoeuvreren we ons erlangs. Gelukkig zijn we bijna meteen bij de ingang van de parkeerplaats en zien we in de verte de gletsjer. Wat een gaaf gezicht! Het is toch wel de moeite waard om dat smalle weggetje te trotseren. Als we hebben geparkeerd pakken we meteen onze wandelspullen en gaan op pad. Het is flink klauteren en behoorlijk drassig, na een tijdje moeten we zelfs een paar keer door een stuk waterval heel. Best wel spannend maar Thijs doet het ook supergoed. Na ongeveer een uur te hebben gelopen besluiten we toch om te keren, de weg naar de gletsjer is nog behoorlijk lang en Thijs heeft zijn knie gestoten en wil niet verder. Met onze wandelstokken klauteren we weer naar beneden en lenen nog even een wandelstok uit aan een Deense mevrouw die wat moeite had met het naar beneden komen. Van deze mevrouw krijgen we op de parkeerplaats als dank een pak met chocokoeken, erg lief. We zetten we camper neer op een mooie plek en met uitzicht op de gletsjer eten we ons avondeten. Als bonus komen er ook nog eens mooie runderen met een paar kalveren over de parkeerplaats gelopen en schijnt de zon weer na een druilerige middag.

Vergelijkbare berichten